“Graag wil ik met CineSud weer een Limburgse film maken!”

Billy is de hondsbrutale pop van buikspreker Gerard de Groot (vertolkt door de Vlaamse acteur Bruno Vanden Broecke) en al twintig jaar zijn ze onafscheidelijk. Samen trekt het populaire duo volle zalen. Ze raken echter in een relatiecrisis verzeild als ieder verliefd wordt op een andere vrouw.

Het zal duidelijk zijn: dit is een komedie. Geschreven door Sander van Opzeeland in samenwerking met Theo Maassen. De stad Heerlen achtte hij als decor perfect. “Film is een visueel medium en Heerlen heeft wat dat betreft heel wat gave plekken. Schoonheid en lelijkheid gaan hier hand en hand. Je hebt die oude kerk, maar daarnaast moderne gebouwen en troosteloze omgevingen. Plus nog al die hippe graffiti. Als filmkijker weet je niet waar je je bevindt. Dat is voor deze film net prima, want het verhaal is universeel, niet aan een plaats gebonden.”

Blij is hij met alle verkregen medewerking. Theo: “Die ‘hongerigheid’ van de figuranten om mee te mogen doen is mooi om mee te maken. Hier is men nog niet zo blasé als bijvoorbeeld in Amsterdam, waar elke week wel gedraaid wordt. Hier in Limburg wordt het nog als iets unieks ervaren. Er wordt niet tegengewerkt, integendeel. Iedereen is coöperatief. Er heerst hier een fijne energie!”

“Er wordt niet tegengewerkt, integendeel. Iedereen is coöperatief. Er heerst hier een fijne energie!”

Heerlen gastvrij

Dat Heerlen filmploegen graag faciliteert, weet ook locatie-manager Jeffrey Paron: “Bij een bedrijf in de binnenstad van Heerlen wilden we mogelijk wat scènes draaien. Ik werd door de eigenaar gastvrij ontvangen en hij gaf meteen toestemming. Toen ik daarna met hem over de vergoeding wilde praten, maakte hij met zijn hand nonchalant een wegwerpgebaar.”

Behoudens een uitstapje naar de studio van L1 in Maastricht werd tijdens de Limburgse draaidagen uitsluitend in Heerlen opgenomen. In de schouwburg, het Maankwartier, het Glaspaleis, de Zorgacademie, het Schelmenhofje en de Morenhoek.

Ook uitvoerend producent Marion Welmers is opgetogen over de medewerking: “We waren overal heel erg welkom. Iedereen kent Theo natuurlijk en daarom gaan deuren ook wat sneller open. De enige hobbel die we moesten overwinnen was de overnachting voor cast en crew. In verband met het WMC in Kerkrade was alles volgeboekt, maar uiteindelijk konden we in Valkenburg met z’n allen comfortabel terecht.”

Limburgse crewleden

Pupkin, het in Amsterdam gevestigde productiebedrijf van de uit Tegelen afkomstige Pieter Kuijpers dat deze keer co-produceert met de NTR, nam het grootste deel van de crew mee naar het zuiden, maar wel werd een flink aantal Limburgse medewerkers ingezet, waaronder de nodige CineSud-leden. Figuratie-coördinator was Femke Hamilton. De kleding van de figuratie werd gecheckt door Inez Coonen en eventuele grime van figuratie verzorgde Marlies van den Bosch. Colin Vos was toegevoegd aan het team van de figuratiebegeleiding. Sjoerd van Heugten draaide met Ton Reinders en Rico Derks de ‘making-of’. Suzanne Cranen, Coen Leuven, Joost Faas en Yorn Heijnen assisteerden de productie. Als tweede cameraman stond overigens de uit Belfeld afkomstige Rob Hodselmans op de set.

Pieter Kuijpers had graag een groter aantal Limburgse medewerkers gezien, maar de beschikbare voorbereidingstijd bleek te kort. “Liever had ik meer mensen uit de regio ingezet, maar we moesten heel snel schakelen. Een volgende keer zal dat zeker moeten lukken en zetten we samen met CineSud het zoektraject eerder in. Er is in ieder geval voldoende kwaliteit. Alleen postproductie mis ik in Limburg.”

“Liever had ik meer mensen uit de regio ingezet, maar we moesten heel snel schakelen. Een volgende keer zal dat, samen met CineSud, zeker moeten lukken.”

50.000 euro van gemeente

Pieter Kuijpers zette Theo op het spoor naar Heerlen als filmlocatie. “Ik wilde een seizoen van de TV-serie Smeris in Heerlen en omgeving gaan draaien. De gemeente Heerlen deed graag mee, maar uiteindelijk ketste het plan af op het feit dat cast en crew dan ruim een half jaar hier zouden moeten blijven. Dat was voor hen begrijpelijk een stap te ver. Maar toch hield ik nog steeds de wens om hier wat te gaan draaien. Maastricht en Roermond zijn mooie steden met veel tierlantijntjes, maar Heerlen is bruisender. Het is een stad met lef. Ruig en ongepolijst, maar dan omringd door een lieflijk landschap. Theo had al goede ervaringen met Theater Heerlen, raakte ook enthousiast over de stad, dus was het besluit snel genomen.”

De gemeente Heerlen stelde 50.000 euro beschikbaar. Pieter: “Dat geld kunnen we goed gebruiken, want de reis- en verblijfkosten zijn erg hoog.” Ook op ander vlak bleek de gemeente een flexibele partner. “We draaiden onder meer op het binnenplein van het nieuwe Maankwartier. De aarde waarin de bomen staan vonden we filmisch niet mooi en de gemeente heeft op ons verzoek meteen graszoden gelegd.”

Meer Limburgse films

Met Van God Los en Hemel op Aarde leverde Pieter al twee Limburgse films af, maar wat hem betreft komen er meer. Er is inspiratie genoeg, volgens hem: “Als je uit de Randstad weggaat, ga je anders denken. Amsterdam is af en toe net Disney World, waar geen problemen lijken te bestaan. Maar als je in andere regio’s van Nederland komt, dan merk je dat het échte leven toch anders is. Soms harder. Buiten de Randstad, dáár liggen de verhalen, zowel positieve als negatieve. Ook in Limburg. Samen met CineSud wil ik snel weer een Limburgse film maken.”

In ieder geval denkt hij nu aan een verfilming van het boek De overkant van de nacht van Jan van Mersbergen, dat zich afspeelt tijdens carnaval in Venlo. Verder ontwikkelt hij samen met producent Elbe Stevens en zanger/muzikant Gé Reinders een film met de titel Bloasmeziek, handelend over een fanfare ten tijde van de mijnsluitingen.

Vooralsnog gaat nu eerst Billy in de postproductie. Waarschijnlijk is de uitzending in februari op NPO 3, maar volgens Pieter wordt overwogen om in januari een of meerdere voorpremières te houden in Limburgse bioscopen.

“Buiten de Randstad, dáár liggen de verhalen, zowel positieve als negatieve. Ook in Limburg.”