In gesprek met Emiel Chung

Doe het zelf

Logisch was het eigenlijk niet, dat Emiel zijn roeping als gaffer vond. Na als grip-assistent ervaring op te hebben gedaan op de set van Code M, begon het balletje als het ware vanzelf te rollen. Niet veel later trof hij tijdens een opdracht voor regionale omroep L1 namelijk een cameraman die licht had gehuurd bij hetzelfde bedrijf als voor de Limburgse familiefilm. Emiel hielp hem met het opzetten van het licht en voor hij het wist, vroeg deze hem vervolgens mee te werken aan een nieuwe korte film.

“Daarna ben ik me voornamelijk via internet gaan verdiepen in het takenpakket van een lichtman,” vertelt Emiel. “Tegenwoordig kun je zoveel online vinden, dat je door de technische kennis die je zo opdoet gecombineerd met een goede eigen motivatie en praktijkervaring niet per se meer naar een filmacademie hoeft. Natuurlijk is een filmopleiding handig voor je connecties en geeft het je een officieel stempel, maar het is niet het belangrijkste in deze industrie.”

Het balletje rolde daarna rustig verder. Tijdens het draaien van de korte film werd hij door een ander crewlid weer benaderd om als gaffer mee te werken aan een andere korte film. “Ik had in het begin nooit gedacht dat dit mijn beroep zou worden en had natuurlijk ‘nee’ kunnen zeggen, maar het is oprecht een erg leuk vak.”

Kennis

“Als gaffer ben je hoofd van het licht-department, maar niet eindverantwoordelijk voor het beeld. Je stuurt je team aan en zorgt dat het licht goed is opgebouwd. Kennis van je takenpakket is essentieel. Vaak vallen de werkzaamheden samen met grip als hier geen apart budget voor is. Er zit zo best vaak overlap met het camera-department. Omdat je vaak lowbudget werkt, heb ik geleerd om met datgene dat je hebt het maximale eruit te halen.”

“Zo heb ik ook meegedaan aan een Belgische guerilla-speelfilm waar zeer beperkt lampen aanwezig waren. Dan kom je er al doende achter dat er ook meer zeer beperkte middelen heel veel mogelijk is. Heb je acteurs, camera en wat geïmproviseerde lampjes dan kom je al een heel eind.”

“Kennis van je camera is essentieel voor een goede belichting.”

Zoals Emiel ook al opmerkte en wat eenieder die wel eens op een filmset heeft gestaan onderschrijft is de nauwe relatie tussen het camera- en licht-departement. Beide departementen hebben elkaar nodig. “Het is daarom ook handig als een gaffer verstand heeft van camera’s en een cameraman van licht,” vervolgt Emiel. “Kennis van je camera is essentieel voor een goede belichting. Als je goed samenwerkt, til je jezelf en de film naar een hoger niveau. Ik heb me in beide departementen verdiept. Het is heel belangrijk dat je nieuwsgierig bent naar alles wat invloed heeft op je werkzaamheden. Zo kun je ook weer andere mensen helpen en makkelijker jonge en minder ervaren mensen in je crew mixen.”

Helemaal tevreden met zijn werk is Emiel tot nu toe niet geweest. “Ik probeer altijd een verbeterde versie van mezelf te zijn. Voor veel mensen is de film op zich het eindproduct. Voor mij is dat het lijstje aan goede dingen, het lijstje met verbeterpunten en dan pas de film zelf. Feedback is erg belangrijk. Ook op persoonlijk vlak. Een Belgisch crewlid zei ooit tegen me dat ik wel erg direct was. Film is toch samenwerken, dus daar moet je rekening mee houden. We hebben het besproken en de samenwerking ging daarna steeds beter. Iedereen in een crew is belangrijk en als iemand niet goed functioneert heeft dat meteen invloed op de gehele workflow.”

Skills

Over de toekomst van Limburg als film regio spreekt Emiel heldere taal. “Er zit zoveel talent in de regio, maar dit wordt financieel nog niet gewaardeerd. We moeten weg van de ‘hobby-instelling’ en mensen waarderen voor hun werk. Investeer niet in dure camera’s, maar in mensen. Kies niet voor een crew van 20 gratis mensen, maar van 10 echt goede mensen. Geef hen een vergoeding en werk daarnaast met stagiaires. Film is geen speeltuin, investeer in ervaren mensen die het hele proces al meerdere keren hebben doorlopen.”

“De creatieve sector is geen hobby-industrie.”

Kwaliteit boven kwantiteit. Dat is ook zijn credo voor financiers van films. “Er moet streng gekeken worden naar toekenningen, vaak wordt het geld verkeerd uitgegeven. Dwing mensen om goed na te denken over de pre-productie en investeer is de juiste mensen, zij zorgen voor meer efficiëntie. Een goede opnameleider bespaart veel tijd en geld, een goede en communicatieve regisseur en cameraman maken het draaien veel efficiënter. Een zoom-lens kan beter zijn dan een dure lenzen-set. Ga weer open staan voor de schoonheid om je heen. Limburg heeft zoveel mooie locaties, zoveel talent en zoveel mogelijkheden. Daar moeten we gebruik van maken.”