Rob Hodselmans (1967) begint zijn studie AV Vormgeving en Programmamaken aan de Academie voor Beeldende Kunsten (Sint Joost, Breda) op zeventienjarige leeftijd. Sinds 1991 werkt hij als cameraman en regisseur. Hier een kleine greep uit zijn werkzaamheden:
Vanaf 1996 is hij betrokken bij het televisieprogramma Veldpost (VPRO) van Frans Bromet en Peter van Ingen. Veldpost wordt winnaar van de Nipkowschijf. Een jaar later begint hij een langdurige samenwerking met Wilfried de Jong voor het programma Sportpaleis De Jong. Dit levert een eervolle vermelding op voor de Nipkowschijf en twee Academy Awards: voor Beste Programma categorie Sport en in 2003 een Academy Award voor Beste Cameraman. Zijn korte films in het programma Holland Sport vallen op door de bijzondere en gevoelige vormgeving. Als regisseur/cameraman maakt hij met Wilfried de Jong vier Holland Sport specials in 2012. Parijs-Roubaix wint de Spaak, de prijs voor de beste sportreportage van het jaar. De jury bestaat uit vakmensen uit de sport- en tv-wereld. Commentaar jurylid Hans Beerenkamp: “Inhoudelijk zit het goed in elkaar, maar het belangrijkste vind ik het briljante camerawerk van Rob Hodselmans.” In 2016 werden nog een keer 6 Holland Sport specials gemaakt.
Beeldtaal
Rob houdt van een krachtige, poëtische beeldtaal. Dit wordt zichtbaar in verschillende korte films, tv programma’s en documentaires waaraan hij als cameraman zijn bijdrage heeft geleverd. Enkele voorbeelden zijn de korte speelfilm Talmen van regisseur Stijn van Santen, die in 2002 het Gouden Kalf wint in de categorie Beste Korte Film. Overleven in Nederland: Rauw, regie Anneloek Sollart (2008), wordt beloond met de Cinekid Kinderkast juryprijs non-fictie. Life is Beautiful (2010) van Mark de Cloe en Jeroen Berkvens. De documentaire Paradiso van Jeroen Berkvens wint de Grand Prize op Jecheon international music & film festival Zuid Korea.
In 2007 regisseert en filmt hij een documentaire over zangeres en actrice Ellen ten Damme, in de periode dat zij geconfronteerd werd met borstkanker: Ellen Ten Damme, As I Was Wondering Where This Mixed-up Little Life of Mine Was Leading To (NPS/Zeppers 2007). Als regisseur/cameraman maakt hij een zesdelige serie muziekprogramma’s met Candy Dulfer voor de NPS: Candy Meets…. Met Van Morrison, Sheila E, Maceo Parker, Dave Stewart, Mavis Staples en Hans Dulfer (2007). Hodselmans maakte de promo’s voor VPRO Zomergasten (2008) en voor Holland Sport (2008), winnaar Dutch Promo Awards.
Eerste lange speelfilm
In 2010 gaat zijn eerste lange speelfilm in première tijdens het filmfestival Rotterdam, getiteld Shocking Blue, van regisseur Mark de Cloe, Waterland Film (2010). Dit levert hem een nominatie voor het Gouden Kalf Camera 2010 voor beste cameraman op tijdens het Nederlands Filmfestival 2010. In 2013 starten de opnamen voor de lange speelfilm Aan De Overkant Van De Nacht, een verfilming van de roman van Jan van Mersbergen met regisseur Mark de Cloe.
In 2017 werkte hij als DoP aan zijn tweede lange speelfilm: Silkroad, eveneens van regisseur Mark de Cloe.
“Als je denkt: dit stukje grond heb ik al duizend keer gezien, til dan een steen op en een hele nieuwe wereld opent zich.”
Waar geniet jij nou keer op keer van bij je vak?
“Waar ik elke keer weer van geniet is het feit dat je nooit klaar bent met leren in dit vak. Omdat ik zo min mogelijk op routine wil werken, maar elke keer van nul af wil beginnen, is er de kans dat er iets nieuws ontdekt kan worden. Iets nieuws creëren, heerlijk!”
“Het werken in een klein team met vakmensen is ook geweldig om te doen. Meestal nemen we de rust en filmen we niet alles als een kip zonder kop, maar hebben we geduld als een jachtluipaard en slaan we toe op het juiste moment. Op deze momenten wordt van de interviewer en van de geluidsman de opperste concentratie verwacht. Als iedereen scherp is, maken we de beste dingen. Deze werkwijze levert niet eindeloos middelmatig materiaal op voor de montage, maar mooi geconcentreerd beeld, geluid en gesprek.”
Wat is jouw motivatie geweest om dat te doen wat je nu doet?
“Op 14-jarige leeftijd ontdekte ik de magie van de fotografie. Ik woonde in Belfeld en ging in Venlo naar de middelbare school. Elke middagpauze bleef ik over. De leraar Engels, dhr. Koenen, startte een fotoclub waar ik lid van werd. Vanaf het moment dat ik de eerste keer beeld zag opdoemen op een wit velletje papier dat in de ontwikkelaar golfde, was ik verkocht. Vanaf dat moment wist ik dat ik fotograaf wilde worden. Met de foto’s die ik op de middelbare school maakte, werd ik op 17-jarige leeftijd aangenomen op de academie voor Beeldende Kunsten Sint Joost. Daar koos ik in het tweede jaar voor de filmrichting; audiovisuele vormgeving en programmamaken.”
Kun je iets vertellen over waar je nu mee bezig bent?
“Op dit moment leg ik de laatste hand aan mijn (pas) tweede lange documentaire, Nao ’t Zuuje. Deze is ook te zien op het LFF. Hij gaat op 6 januari in premiere in de Maaspoort. Nao ’t Zuuje is een idee van Lex Uiting en gaat over hoe verschillende mensen vastelaovend dit jaar extra goed kunnen gebruiken. Prins Lex is de rode draad, maar het gaat vooral over zijn onderdanen. Een dwarsdoorsnede van mensen, jong oud.”
“Daarnaast ben ik bezig met de colorgrading van een aflevering voor Andere Tijden Sport, over de 3 nog levende Helden van de Elfstedentocht. En met Reinier Paping en Henk Angenent gingen we op bezoek bij Evert van Benthem in Canada. 7 januari, (een dag na de premiere van Nao ’t Zuuje) op tv bij de NTR.”
Welke prestatie heeft jou het meest trots gemaakt?
“De samenwerking met Wilfried de Jong heeft mijn beste werk opgeleverd. Wij zijn elkaar al meer dan 20 jaar trouw en zien nog steeds mogelijkheden te groeien in onze samenwerking. We vullen elkaar op een perfecte manier aan. We hebben veel overeenkomsten: beiden romantisch van aard. En we hebben verschillen die in onze samenwerking van pas komen. Wilfried is een talenwonder en super sociaal en makkelijk in de omgang en is een perfecte interviewer.”
Wat is voor jou de meerwaarde van het maken van films in de Euregio, buiten een epicentrum als de Randstad?
“Er zijn mooie documentaires, korte en ook speelfilms te maken in de regio. Limburg kent erg veel film professionals van hoog niveau. De meesten wonen niet meer in de provincie, maar dragen hun afkomst nog steeds een warm hart toe. Deze krachten bundelen zou tot mooie producties kunnen leiden.”
“Ik werk al meer dan 20 jaar in de Randstad en dat gaat heel goed. Ik heb in Hilversum en Amsterdam meer kansen gekregen en benut dan in Limburg. Wat wel opvallend is: als ik bijvoorbeeld aan een commercial werk, blijkt vaak dat meer dan de helft van het team uit mensen van beneden de rivieren komt: Brabant of Limburg. Ik denk dat mensen die vanwege hun werk naar de Randstad moeten verhuizen, terwijl ze liever zouden wonen in Limburg, extra gemotiveerd zijn. Je gaat namelijk niet zomaar in Amsterdam wonen. Als je dan een offer brengt, wil je er ook het maximale uithalen. Hard werken, veel doen is volgens mij de sleutel tot succes.”
“De meerwaarde die ik zie van films maken in de regio is dat je iets maakt waar je vertrouwd mee bent, waar je veel vanaf weet. Meestal droom en denk ik in het Limburgs. Alles wat dicht bij je staat, uit de regio waarin je geboren bent, kan beter en persoonlijker werk opleveren. Aan de andere kant: plekken op de wereld die je nog nooit gezien hebt, zorgen ervoor dat je onbevangen bent en je dingen voor de eerste keer ziet. Ik had dat ook al toen ik voor de eerste keer naar de schaatsbaan in Friesland ging. Eerst het vlakke uitgestrekte landschap, daarna de schaatsbaan Thialf zelf, de snelheid…”
“Als cameraman moet je proberen de onbevangen blik te behouden. Telkens alles weer voor het eerst zien. Hierin moet je ook creatief zijn. Als je denkt: dit stukje grond in Belfeld heb ik al duizend keer gezien, til dan een steen op en een hele nieuwe wereld opent zich op 10 vierkante centimeter.”
Wat mis je nog in Limburg en/of de Euregio?
“Volgens mij zijn hier weinig faciliteiten om apparatuur te huren. Ik ken geen geluidsmensen die hier wonen en werken. Afwerking: audio nabewerking en colorgrading is hier veel niet voor zover ik weet. Ik vind het niet erg om voor deze zaken naar Amsterdam te gaan, maar het zou fijn zijn als dat in Limburg ook zou groeien.”
Zijn er ontwikkelingen waar je naar uitkijkt?
“Nu we een documentaire over vastelaovend gemaakt hebben, denk ik dat we klaar zijn om ook het boek van Jan van Mersbergen te gaan verfilmen: Naar de Overkant van de Nacht. Fictie dus. Ook zou ik zou met Mark de Cloe als DoP aan een derde film willen werken. En met mijn vriend Maurice Dekkers (mijn achterbuurjongen in Belfeld, man achter o.a. Keuringdiens van Waarden en Tony’s Chocolonely) aan een film werken met Maurice als schrijver en regisseur.”
Wat adviseer je aan andere media- en filmprofessionals?
“Werk vanuit het plezier. Toen ik op de kunstacademie zat, vond ik het proces van films maken nog erg ingewikkeld. We moesten toen ook een hele motivatie op papier krijgen, voordat we de filmspullen meekregen. Ik werk veel intuïtiever. Als ik een mooi beeld film, weet ik welk beeld ik daarna wil filmen. Zo wordt het een organisch proces. Al je beelden hebt verzameld en je neemt los geluid op en je combineert dat weer, heb je al een film. De lol van creëren staat voorop.”
Stel je krijgt de kans je ‘jongere ik’ zelf advies te geven, wat zou dat zijn?
“Hetzelfde advies wat ik ook heb opgevolgd: volg je hart en ga doen wat je leuk vindt. Als je dat doet, zijn alle uren die je in je vak moet steken om er goed in te worden geen offer maar een feest. Daarnaast ook: ben minder verlegen, heb lef en spring in het diepe.”