"Het idee voor Sprokkelhout is ontstaan in een droom. Ik droomde dat ik hout was aan het sprokkelen en werd lastiggevallen door twee kleine ongure types die mijn hout opeisten. Toen ik wakker werd vond ik het zo'n gek absurdistisch sfeertje dat ik had meegemaakt, dat ik het meteen op ben gaan schrijven. Pas in de zomer van 2015 werd het allemaal concreet toen Elbe Stevens en David Deprez me uitnodigden om een korte film voor het Masterplan Filmtalent Limburg te maken. Ik liet hen eerst een ander scenario lezen, daar waren ze minder overtuigd van en vervolgens liet ik hen een vroege versie van Sprokkelhout lezen. Dat zagen ze wel zitten. Vervolgens is er uiteraard nog een lang proces aan te pas gekomen om er een goed kloppend verhaal van te maken. De laatste versie was ongeveer een maand voor het draaien af."
Een goede voorbereiding is het halve werk
"Omdat ik het script zelf heb geschreven, had ik ook al erg goed in mijn hoofd hoe ik het script moest vertalen naar film. Mijn vaste cameraman Mark Lindenberg en ik hebben heel wat avonden samen doorgebracht om de decoupage te maken. Die hebben we heel nauwkeurig uitgewerkt zodat we een goede houvast daaraan hadden tijdens het draaien. Ook met de andere departementen heb ik veel voorbereid. In een film moet alles kloppen in zijn geheel. Zo trek je een kijker zo gauw mogelijk in het verhaal."
"Alles wat je niet van tevoren uitwerkt levert vertraging op op de set."
"Bij deze film is bijvoorbeeld ook erg veel aandacht uitgegaan naar de kostuums van Evert en Ria en naar het vinden van de ideale locatie. Ik ben denk ik wel acht keer met de mensen van de verschillende departementen op en neer geweest naar België om alles goed van te voren uit te werken. Alles wat je niet van tevoren uitwerkt levert vertraging op op de set. En vertraging betekent eigenlijk altijd dat je met sommige takes of shots genoegen moet nemen met minder. Dus wil je dat voorkomen dan is een gedegen voorbereiding essentieel."
Alles voor de film
"We hadden van tevoren bepaald dat we drie draaidagen nodig hadden. Meer zat er budgettair ook niet in. En op zich is drie draaidagen voor een film van 14 minuten best wel ruim, maar dit was een zware film om te draaien, want het moest eruit zien alsof het zich in een diep bos, ver weg van de bewoonde wereld afspeelde. Dus dat betekende al snel dat we ook daadwerkelijk in the middle of nowhere moesten filmen."
"Alles voor de film," zeggen we dan.
"Geen toiletten, geen stroom, geen warme douches. Dat betekent op ieder vlak een heel gedegen voorbereiding. Het productieteam heeft op dat vlak heel goed werk verricht. We hadden een grote aggregaat bij ons, die ons van genoeg stroom voorzag voor het hele lichtpakket en catering en we hadden verplaatsbare toiletten gehuurd, die we vlak bij de set neer hebben gezet. Verder hebben we vier hotelovernachtingen gehad in een dorp in de buurt. Want er kon natuurlijk geen tijd en geld verloren gaan aan lange reizen van en naar de set."
Team Blub
"Een van de moeilijkheden was dat het gebied waar we draaiden ontzettend drassig was. Dus na een paar uur draaien, was de plek één grote modderbende geworden door het vele lopen over de drassige grond. Daardoor kwam de jeep uit de film soms weer vast te zitten in de modder en moesten we met rijplaten klooien om het ding überhaupt vooruit te krijgen. Het duurde niet lang voordat de productieassistenten die de rijplaten verplaatsten van top tot teen onder de modder zaten. Die noemden we vanaf toen Team Blub en zij zijn de ware helden van de film."
"We hadden vooraf bepaald dat we een donkere, grauwe look voor de film wilden. Dus daar hoort dan geen zonlicht bij. Maar wat bleek: de eerste ochtend van de eerste draaidag was het meteen raak: felle zon, die prachtig door de bomen scheen. We besloten dat we dat niet volledig konden wegwerken en we hebben dus maar gedraaid met die zon. Dat leverde prachtige shots op voor de opening van de film. Maar daarna ging de zon al gauw weg en kregen we al gauw de look die we aanvankelijk zochten. Uiteraard is dit eigenlijk een ramp voor de continuïteit, maar in de kleurcorrectie achteraf kun je veel doen. Dat kost veel tijd en het is echt een bijzonder vak apart, maar op die manier kun je er in ieder geval voor zorgen dat het de doorsnee kijker helemaal niet op zal vallen dat er eigenlijk een heel grote verandering in licht heeft plaatsgevonden.
We zijn door al dit gedoe iedere dag wel wat uitgelopen, maar we hebben alles zo wel gehaald. In de montage kwamen we er al snel achter dat we eigenlijk nog wat shots misten voor een bepaalde sequentie. Daarvoor hebben we een reshoot gehad, waarbij we de extra shots gewoon in Amsterdam, op een parkeerterrein hebben gedraaid. Van het grote verschil in omgeving zie je echt helemaal niks terug in de film, omdat het donker is en er veel sneeuw in het rond dwarrelt."
"De extra shots hebben we gewoon in Amsterdam, op een parkeerterrein gedraaid."
"Na de montage volgden de geluidsnabewerking, de muziek en de visuele effecten. In alle drie is ook bijzonder veel werk gaan zitten door mijn grote perfectionisme. Met name voor de muziek is er heel veel heen en weer gestuurd tussen de componist Jesper Ankarfeld en mij. Hij zat in Copenhagen en werkt vanuit daar. Maar dankzij het internet konden we er toch redelijk goed over communiceren. Uiteindelijk heeft hij zelfs alle instrumenten in het echt opgenomen in zijn studio. Zelf ingespeeld. En het klinkt te gek."
Thuis in Limburg
"Ik hoop dat Sprokkelhout nog op een paar internationale festivals geselecteerd wordt. We zijn in première gegaan op het Nederlands Film Festival in Utrecht en we hebben bij Shortcutz Amsterdam nominaties in de wacht gesleept voor Beste Actrice, Beste Camera en Beste Scenario. En inmiddels ook alweer een selectie voor Imagine, het filmfestival voor fantasy, horror en science fiction. En nu uiteraard Euregion Film Festival, waarmee we weer teruggaan naar onze basis."
"Sprokkelhout is met de hulp van veel Limburgers gemaakt en aangezien ik zelf uit Limburg kom, hoort die film daar zeker thuis."