In gesprek met Sven Peetoom

Filmmaker duikt in verzwegen Indische geschiedenis.

De verzwegen pijnpunten van ons koloniale verleden treden de afgelopen tijd steeds meer naar buiten. Na de release van onder meer De Oost en de documentaireserie Molukkers in Nederland, duikt ook filmmaker Sven Peetoom in de geschiedenis van Nederlands-Indië. Net als zijn collega-regisseur Juliette Dominicus liet hij zich inspireren door zijn eigen familieverhaal.

"Met onze documentaire willen we een startschot geven om mensen te inspireren weer terug te kijken naar je roots - te onderzoeken wie je bent en waar je vandaan komt - en daarmee de pijnlijke geschiedenis bloot te leggen.."

Kun je iets over jezelf vertellen?

"Mijn naam is Sven Peetoom, een Indische schrijver en regisseur uit Rotterdam. Momenteel ben ik 27, woon ik in Amsterdam en heb ik het voorrecht om fulltime als filmmaker te werken. Ik zie mezelf binnen het filmlandschap voornamelijk als autodidact. Al heb ik een jaar aan de European Film College gestudeerd, heb ik het meeste geleerd door het maken zelf. De afgelopen jaren heb ik door trial and error geleerd hoe het is om films te regisseren, zowel door korte documentaires als fictiefilms. Na een tijdje begonnen die films op festivals geselecteerd te worden, waardoor het me de mogelijkheid gaf bepaalde fondsen aan te vragen en werk te maken met grotere budgetten.

De laatste tijd ben ik met de pre-productie van mijn nieuwste documentaire Indisch Zwijgen met co-regisseur Juliette Dominicus bezig. Daarnaast schrijf ik aan mijn eerste feature The Orange Trail met Chris de Krijger. Samen met Marcelle Arriëns ontwikkel en schrijf ik de webserie Modderland met VPRO, in het kader van het scenario talententraject van het NPO-fonds."

Waar geniet jij keer op keer van bij jouw vak? En waarom?

"Voor mij is op de set staan waar ik het allemaal voor doe. Je betreedt de wereld om beelden te vangen. Het regisseren brengt voor mij wat andere mensen uit meditatie of uit sport halen; een moment waarop ik volledig aanwezig ben, aanwezig moet zijn. Dit is het moment waar het moet gebeuren, waar je jouw visie moet vertalen naar wat er op de camera wordt opgeslagen. Het gebeurt anders zelden in het leven dat zoveel mensen gepassioneerd met een gezamenlijk doel aan iets werken. En het is prachtig om je geschreven woord tot leven te zien komen in een scène, verrijkt door de eigenheid van je acteurs en de crew."

Kun je iets vertellen over waar je nu mee bezig bent?

"Samen met co-regisseur Juliette Dominicus en producent Dobber Bolhuis ben ik momenteel een documentaire aan maken over het Indisch zwijgen. De film behandelt het generatielange zwijgen over het koloniale Nederlands-Indisch verleden, zowel binnen families als in de samenleving. In de film proberen drie jonge Indische kunstenaars binnen hun eigen familiegeschiedenis het zwijgen te doorbreken door het maken van een kunstwerk."

Wat is jouw motivatie geweest om Indisch Zwijgen te gaan maken?

"Juliette en ik hebben zelf last gehad van het Indisch zwijgen in onze eigen families. We hadden allebei geen idee hoe het leven van onze grootouders op Nederlands-Indië eruitzag, en kwamen erachter dat de Indische geschiedenis vol met gewelddadige en traumatische gebeurtenissen zat, die onze grootouders waarschijnlijk ook hebben meegemaakt.

We kwamen elkaar tegen omdat we allebei rondliepen met het idee om iets te maken over dit onderwerp. Toen we voor de research met andere Indo’s gingen praten, bleek dat er in bijna iedere Indische familie sprake was van dit Indisch zwijgen. Toen wisten we zeker dat er een documentaire in zat. Er lopen 1,5 tot 2 miljoen mensen rond in Nederland met Indische roots, waarvan de meeste bijna niets weten over Nederlands-Indië. Met onze documentaire willen we een startschot geven om mensen te inspireren weer terug te kijken naar je roots - te onderzoeken wie je bent en waar je vandaan komt - en daarmee de pijnlijke geschiedenis bloot te leggen."

Stel je krijgt de kans je 'jongere ik' zelf advies te geven, wat zou dat zijn?

"Ik zou mezelf adviseren om meer hulp te vragen en andere mensen te benaderen. Als je begint met filmmaken, heb je het idee dat je het allemaal zelf moet doen. Dat mensen die 'boven je staan' het te druk hebben om je te helpen. Bijna iedere gevestigde filmmaker blijkt echter bereid te zijn om jonge filmmakers te helpen en zijn of haar expertise te delen. Daar kan je enorm veel aan hebben als je net begint; waar je moet zijn voor talententrajecten, welke festivals er zijn, hoe je funding moet krijgen voor low-budget shorts en dergelijke. Vraag het, contacteer mensen, bijna altijd krijg je een reactie."

Wil je Indisch Zwijgen steunen?

Steun het project op CineCrowd!

Welke prestatie heeft jou het meest trots gemaakt?

"Mijn eerste echte fictie short Samoeraai ging in 2019 in première op het IFFR en ging daarna heel Nederland door. Die zomer had ik een ware tour langs bioscopen en festivals waar ik de film kon presenteren. Het hoogtepunt van de tour was wel toen we op de Pleinbioscoop in Rotterdam vertoond werden, voor een plein met honderden toeschouwers. Al vanaf mijn jeugd heb ik de pleinbioscoop bezocht en het was een prachtige moment om mijn eigen werk op dat grote scherm te bekijken."

Wat mis je nog in het Nederlandse filmlandschap?

"Ik heb het gevoel dat er nog niet echt een Nederlandse arthouse-scene is. De enige films die winst maken, zijn grote commerciële films. Van het fondsengeld worden vaker de wat kleine en experimentele films gemaakt die vooral op festivals het goed doen. Maar als je kijkt naar een land als Denemarken (waar ik ook gestudeerd hebt), zie je dat er veel arthouse gemaakt wordt die het zowel binnen Scandinavië als internationaal goed doet. Dat is auteurscinema die tegelijkertijd een publiek kan vinden en ook vaak zijn geld terugverdient.

Het is volgens mij gezond voor Nederland als filmland als we meer zouden focussen op films die het publiek ook daadwerkelijk bereiken, en een beetje uit de (soms wat elitaire) filmfestivalsfeer te breken. Ik ben naast filmmaker ook een idealist, ik wil werk maken wat iets kan veranderen in de wereld. Dat gaat helaas niet gebeuren als je film alleen in een achterafzaaltje op een festival speelt. Daarom denk ik ook dat het goed is als er meer aan 'impact-productie' wordt gedaan. Een natraject bij films met spreekavonden en educatie; om een film als beginpunt te zien van een verandering, waarbij er een dialoog geopend kan worden met het publiek."

Wat zouden regio's als bijv. Limburg, Friesland en Zeeland kunnen toevoegen aan de Nederlandse filmwereld?

"Ik ben als randstedeling groot fan van de regio’s. Op gebied van talentontwikkeling gebeurt er daar nu meer dan in de Randstad! Qua decors zijn deze regio’s ook fantastisch. Ik maakte eerder al mijn short Fietsvakantie op de dijken en langs de meren van Friesland, en schoot ik de WO II short, ‘t Water Moge Stijgen, in Zeeland. Daarnaast merk ik dat er steeds meer interessante regionale verhalen uit deze plaatsen komen. Er zijn al zoveel films gemaakt die zich in Amsterdam afspelen, over stedelingen en hun problemen. Laat er alsjeblieft meer stemmen komen uit deze plekken, van verschillende makers. Divers, niet alleen in gender en afkomst, maar ook in het soort verhalen en de achtergronden van de makers."

CineSud x CineCrowd

CineSud spreekt maandelijks met makers die crowdfunden via CineCrowd. Zo brengen we nieuwe makers en publiek al in een vroeg stadium met elkaar in contact en zetten we nieuwe projecten in de schijnwerpers. Wil je ook projecten steunen van nieuwe makers? Check dan cinecrowd.com.