In gesprek met Daphne Severeijns

"Houd het dicht bij jezelf, en vertrouw op je gevoel. De rest volgt vanzelf."

Daphne Severeijns, geboren in het Limburgse dorp Eijsden, studeert dit jaar af als regisseur en scenarist aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht met haar korte film Tuin der Driften.

Kun je iets over jezelf vertellen?

"Mijn naam is Daphne Severeijns. Ik ben 25 jaar oud en ben geboren in het dorp Eijsden, net voor de grens met België. Dit jaar studeer ik af als regisseur en scenarist aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht waar ik nu alweer bijna vijf jaar woon. In het dagelijks leven houd ik me graag bezig met fotografie, tekenen en sinds een jaar doe ik aan karate. Mijn dagen bestaan nu vooral uit het werken aan mijn afstudeerfilm. Op dit moment ben ik druk bezig met casting, verder ontwikkelen van het script en natuurlijk de crowdfunding die in volle gang is."

Waar geniet jij keer op keer van bij jouw vak? En waarom?

"Het allerleukste aan het filmvak vind ik de de absurde situaties waar je als filmmaker in belandt, met name in de onderzoeksfase. Voor Tuin der Driften heb ik bijvoorbeeld veel onderzoek gedaan naar voortuinen in Limburg. Zo liep ik door het dorp Wijlre om wat ‘voortuin inspiratie’ op te doen. Mijn oog viel op een robot grasmaaier die een grasperkje van ongeveer 3m2 aan het maaien was. Aan de andere kant van de voortuin stond een dorpeling. Samen keken we naar hoe de grasmaaier het mini gazonnetje aan het maaien was. Hij keek me aan en zei schuddend met zijn hoofd: ‘Waar gaan we toch heen?’. Door deze vraag zoomde ik uit van het tafereel waardoor ik eigenlijk heel erg moest lachen om de situatie. Vaak zijn het dit soort alledaagse situaties waar mijn blik op valt. Deze zijn vaak zo absurd dat ik ze zelf niet kan verzinnen en vormen een belangrijke voedingsbodem voor mijn werk. In het script heeft de robotgrasmaaier nu ook een rol gekregen."

Kun je iets vertellen over waar je nu mee bezig bent?

"Op dit moment ben ik bezig met mijn afstudeerfilm: Tuin der Driften. In de film volgen we de 60-jarige Cor. Door voorbijgangers wordt hij geroemd om zijn voortuin. Totdat Cor een nieuwe overbuurman krijgt, genaamd Theo die zijn voortuin besluit op te knappen. Dit is het begin van een competitieve strijd over wie de mooiste voortuin heeft. Het moet groter, beter en het gras moet vooral groener zijn dan aan de overkant. Over de weg die tussen beide huizen loopt, passeren verschillende voorbijgangers die de druk van de concurrentiestrijd opvoeren. Uiteindelijk realiseren Cor en Theo dat het continu overtreffen van elkaar niet leidt tot het succes waar ze beiden naar op zoek zijn."

"De film belicht het thema sociale vergelijking. Zelf ben ik gevoelig voor sociale vergelijking. Dat wordt extra gestimuleerd door de mediawereld waarin we leven. Wanneer ik bijvoorbeeld Instagram open, zie ik mensen die mooiere dingen maken, harder werken en succes voller zijn. Dit spoort mij aan om nog perfectionistischer en ontevredener te worden en soms zelfs gevoelens van competitie te ervaren. Deze gevoelens zitten vaak mijn plezier van maken in de weg. Het gras is ergens op de wereld namelijk altijd groener. Voor mijn film wil ik de voortuin daarom gebruiken als metafoor voor platformen die er vandaag de dag voor zorgen dat sociale vergelijking toeneemt. Net als op sociale media is de voortuin een visitekaartje waarbij je de wereld kan laten zien wie je bent en waarbij een gelijksoortige vorm van competitie kan ontstaan. Ik wil mensen met deze film uitdagen om de drang naar het alsmaar beter willen doen en de ander overtreffen, los te laten. Het hoeft niet altijd beter, soms is iets gewoon goed zoals het is, ook al is het gras aan de overkant groener."

Wat is jouw motivatie geweest om dat te doen wat je nu doet?

"Vanuit school kreeg ik een keer de opdracht om mijn camera en statief ergens op een willekeurige plek neer te zetten en dan 20 minuten lang te filmen zonder de camera te verplaatsen. Ik besloot naar het strand van Scheveningen te gaan. Ik zette mijn statief voor een strandtent waar een man bezig was om onderdelen van paspoppen bij elkaar te zoeken. Het was 30 graden en de man liep zwetend en puffend met de benen van een paspop op zijn schouder naar een andere paspop om te kijken of deze in elkaar zouden passen. Om hem heen lagen iets van 40 verschillende benen, armen en hoofden die allemaal bijenkaar gezocht moesten worden. Soms trok hij ruw het hoofd van de ene pop om hem vervolgens op de romp van een andere pop te zetten. Dit onder het genot van een soort liftmuziek die hij zelf had opgezet. Dit was een scene die ikzelf nooit had kunnen verzinnen. Keer op keer word ik weer verast door de absurditeit van het alledaagse leven, wat mij motiveert en inspireert om films te maken. Deze observerende manier van filmen komt vaak terug in mijn werk."

Stel je krijgt de kans je ‘jongere ik’ zelf advies te geven, wat zou dat zijn?

"Meer vertrouwen op je makers instinct! Zeker in het begin van mijn studie was ik veel bezig met hoe anderen naar mijn werk keken en maakte ik keuzes waar ik eigenlijk niet achter stond. Daardoor raakte ik vaak verder verwijderd van mijn gevoel en intuïtie. Dat is soms nog steeds lastig. Zeker in deze productie fase waar we nu in zitten. Door alle praktische regeldingen vergeet je vaak even waarvoor je het doet. Daarom is het belangrijk om terug te gaan naar het eerste enthousiaste gevoel wat je hebt bij een project. Daaruit volgt motivatie die nodig is om de film ook echt te gaan maken en belangrijker nog, het houdt het maakproces een stuk leuker en meer waardevol."

Welke prestatie heeft jou het meest trots gemaakt?

"In jaar twee van mijn opleiding maakte ik samen met twee medestudenten een korte fictiefilm: Deux Croissants. Het was een bijzonder project omdat we deze film als collectief hebben gemaakt. We hebben samen het script geschreven, gecast en de productie opgezet. De film gaat over een vader die in zijn midlife crisis verkeerd en samen met zijn puberende dochter gaat kamperen in Frankrijk. Voor deze film hebben we veel inspiratie uit ons eigen ongemakkelijke puberverleden gehaald en daar hebben we scenes bij bedacht. Het was voor het eerst dat we als collectief een film maakten. Dat is iets wat ik in de toekomst vaker hoop te doen."

Zijn er ontwikkelingen waar je naar uitkijkt?

"Na het afstuderen wil ik met twee mede filmmakers een collectief oprichten en samen films en videoclips gaan maken. We willen met name ook opzoek gaan naar verhalen buiten de randstad en deze een podium geven."

Welke uitdagingen of kansen zie jij in Limburg en/of de Euregio?

"Ik denk dat Euregio en Limburg veel verfrissende nieuwe makers en verhalen te bieden heeft, die uniek en anders zijn. De grote uitdaging is denk ik om ook faciliteiten te bieden voor deze makers zoals cameraverhuur bedrijven, studio’s of zelfs een filmopleiding om deze verhalen uiteindelijk te kunnen vertalen naar film. Ik denk wel dat Limburg zeker met CineSud en het Limburg Film Fonds al goed op weg is!"

Wat is voor jou de meerwaarde van het maken van films in de Euregio?

"Ik denk dat er buiten de randstad andere soorten verhalen te vinden zijn. Zo haal ik als Limburgse filmmaker veel inspiratie uit de plek waar ik vandaan kom. Vorig jaar maakte ik de film: In Godsnaom. Een film over een vrouwelijke priester. Ik deed voor deze film veel onderzoek naar Katholicisme in Limburg. Ik merkte dat niemand boven de rivieren echt door had dat het katholieke geloof nog zo’n grote rol speelt in Zuid-Limburg of het feit dat vrouwelijke priesters eigenlijk niet mogen bestaan. Het katholieke geloof is nog een door mannen gedomineerde wereld en de emancipatie van de vrouw heeft daar nog een flinke slag in te maken. Daarom was dit verhaal juist belangrijk om te vertellen."

"Voor inspiratie, maar ook voor het schrijven van mijn scenario’s keer ik toch altijd weer het liefst weer terug naar Limburg. Daar doen zich meer situaties voor die mij prikkelen, die je hier in de randstand niet ziet. Zoals de schutterij die ineens langs je huis komt paraderen, of mensen die in hun voortuin een carnavalswagen aan het bouwen zijn."

Op welke gebieden zie jij nog mogelijkheden tot verbetering met betrekking tot het maken van films in de Euregio?

"Ik merk dat de meeste films en veel film evenementen plaatsvinden rondom de randstad, terwijl ik juist denk dat er een schatkist vol aan verhalen te vinden is op de plekken daaromheen. Ik hoop dat de filmindustrie het aandurft om ook wat verder dan de randstad te gaan kijken. CineSud vind ik daar een hele hoopvolle ontwikkeling in. De grote studio’s en camera verhuurbedrijven bevinden zich echter nog allemaal rondom de randstad. Ik hoop dat daar snel verandering in komt."

Wat adviseer je aan andere media- en filmprofessionals?

"Houd het dicht bij jezelf, en vertrouw op je gevoel. De rest volgt vanzelf."

Wat mis je nog in Limburg en/of de Euregio?

"Eigenlijk wat ik hierboven al benoemde. Het zijn meer de praktische faciliteiten zoals camera verhuurbedrijven en studio’s die missen in Limburg, waardoor veel filmproducties wellicht blijven plakken rondom de randstad."

Film is voor mij ...

"Film is voor mij de leukste manier om een verhaal te vertellen. Maar de Limburgse film heeft erkenning nodig, zowel nationaal als internationaal. Mijn favoriete film is: ‘You the living’ van Roy Andersson. De komende periode ga ik hard aan de slag om mijn afstudeer film te realiseren. En me natuurlijk verder laten inspireren door de Limburgse voortuinen. Last but not least, als filmmaker zou ik graag nog een keer een film willen maken over carnaval."

Tuin der Driften steunen?

Lees hier meer over het project en steun de makers.

Ik wil meer weten.

CineSud x Voordekunst

CineSud spreekt maandelijks met makers die crowdfunden via Voordekunst. Zo brengen we nieuwe makers en publiek al in een vroeg stadium met elkaar in contact en zetten we nieuwe projecten in de schijnwerpers. Wil je ook projecten steunen van nieuwe makers? Check dan voordekunst.nl.